Spoed EPD support

Triageflow FAQ v1.4

 

Met deze FAQ lijst wordt antwoord gegeven op vaker gestelde vragen over het werken met of het beheer van de (nieuwe) Triageflow van VIPLive Spoed EPD. Ook is er instructiemateriaal beschikbaar:

Scherm: Triage

Start contact

Via de knoppen "Telefonische Triage" of "Binnenloper"

Parkeren contact

Met het kruisje rechts bovenin of de "Parkeren" knop rechts onderin, wordt het contact geparkeerd in de werklijst om later af te handelen. Het terugbelnummer is verplicht. Alle gegevens blijven bewaard.

Terugbellen contact (VCare)

Bij een telefoniekoppeling wordt teruggebeld via de knop bovenaan het scherm.

De bij de patiënt bekende nr's worden getoond met het terugbelnummer, geselecteerd. Er kan ook handmatig een nummer worden ingevoerd.

Deactiveren contact

Als de patiënt gekoppeld is aan de triage/het contact dan kan (o.b.v. toegekende rechten) het contact met reden gedeactiveerd worden.

Stoppen contact

Zolang er geen patiënt gekoppeld is aan de triage/het contact dan wordt een contact gestopt met de knop "Contact stoppen" linksonder. Alle informatie gaat verloren.

Snel zoeken (patiënt)

Zoek met BSN (voorkeur) of met meerdere zoekcriteria om het zoekresultaat te filteren (tot 25).

Zoekcriteria zijn:

  • Geboortedatum.
  • Geslacht (m/v/x).
  • 1e letters achternaam.
  • Postcode.

Altijd gescheiden met een "komma".

Met een combinatie van deze zoekcriteria bij de SBV-z gezocht.

Uitgebreid zoeken (patiënt)

Als via "Snel zoeken" de patiënt niet gevonden wordt, kies dan "Uitgebreid zoeken".

Met BSN, geboortedatum, geslacht, naam of adres (postcode/huisnummer) kan worden gezocht. Met het "Locatie - Naam" schuifje wordt bepaald of op naam of adres wordt gezocht.

Nieuwe patiënt

Als de patiënt na minimaal eenmaal zoeken niet gevonden wordt, klik dan "Nieuwe patiënt" bij "Snel zoeken" of op het "Uitgebreid zoeken" scherm.

Thuisadres

 

Met postcode (spatie) huisnummer evt. huisnr. toevoeging wordt automatisch het adres getoond via de postcodetabel. Bij geen resultaat wordt het adres handmatig ingevoerd via "Buitenlands of handmatig adres invoeren".

Bezoekadres

Het bezoekadres kan op de Patiëntkaart worden ingevoerd*:

  • Via het Triageblad, vervolgens de Patiëntkaart.

* Het bezoekadres kan ook later bij vervolgacties worden ingevoerd/bewerkt.

Geheimadres

Als SBV-z geen adres teruggeeft klik dan "Huidige gegevens" op het matchscreen. De adresgegevens van de patiënt worden nu niet overgeschreven. Spoed EPD toont wel dat er sprake was van een geheimadres.

Identiteit vastleggen

Bij "Telefonische Triage" wordt de Identiteit a.d.h.v. een vergewissing vastgelegd.

Bij een "Binnenloper" wordt ook de WID-registratie gebruikt.

Kies het juiste Documenttype, registreer het nummer (verplicht) en klik; "Registreren" (verplicht). Indien nodig; "Controleren" bij de SBV-z (niet verplicht).

Een correcte ID vastlegging is nodig voor het ophalen van het externe dossier.

Onvolledige patiënt

Onvolledige patiëntgegevens kunnen op 2 manieren worden aangevuld tijdens de triage:

  • Klik rechts bovenin op de patiënt naam, vervolgens "Gegevens wijzigen".

  • Klik rechtsmidden "Aandacht vereist", vervolgens de alert "Onvolledige persoonsgegevens".

Recent contact

Als de patiënt recent contact heeft gehad wordt dat op 3 manieren getoond:

  • Bij "Snel zoeken".

  • Paginabrede melding.

  • In de "Aandacht vereist" card op het Triageblad.

De alert verdwijnt door klikken op "Bekijk contact historie" of de "Aandacht vereist" card (Volledige weergave wordt getoond).

In "Volledige dossierweergave", tabblad Contacthistorie, wordt getoond als het een "recent contact is" door de gele melding bij de contactregel.

Memo('s)

Als de patiënt een memo (huisarts en/of Spoed EPD) heeft dan wordt dat op 2 manieren getoond:

  • Paginabrede melding.

  • In de "Aandacht vereist" card op het Triageblad.

De alert verdwijnt door klikken op "Bekijk dossier" of de "Aandacht vereist" card. In Volledige weergave wordt via "Markeer alles gelezen", meerdere memo's in één keer als alleen lezen gemarkeerd. 

Actueel dossier

Het volledige dossier wordt via "Toon actueel" gefilterd tot:

  • Alle probleem episodes.
  • Overige episodes die het afgelopen jaar zijn gebruikt.
  • Actuele medicatie en allergieën/contra-indicaties

In het beheer is bepaald of het dossier standaard gefilterd wordt.

Volledige dossierweergave

Het volledige dossier met alle tabbladen (memo's, uitslagen, journaals etc.) wordt getoond via "Volledige weergave" (net onder de patiënt naam).

Het dossier is onderverdeeld in tabbladen met, contacthistorie, medicatie etc.

In het beheer is bepaald of het dossier volledig of gefilterd wordt getoond. Met de schuif beïnvloed je de weergave.

Sortering dossier

Episodes zijn gegroepeerd op: probleem episodes (blauw vlaggetje) en overige episodes. Binnen een groep is de sortering van: nieuw naar oud onder. De datum toont de laatste contactdatum.

Contacten (huisarts en Spoed EPD) staan gesorteerd van: nieuw boven naar oud onder.  

Notificaties dossier

Als het niet lukt het LSP/Medicom dossier op te halen dan wordt een gekleurde melding getoond.

Blauw: de gebruiker kan een aanpassing doen om het dossier toch op te halen. notificatie1.png

Oranje: de gebruiker kan niets doen om het dossier op te halen.notificatie2.png

Voor ACP: als het ACP lukt dan wordt dit gemeld anders wordt een rode melding getoond.notificatie3.png

 

Scherm: Vervolgacties

Cards

Het scherm is opgedeeld in intelligente card. In de titel wordt statusinformatie getoond. Voor dit contact:

  • Consult om 14:15 uur.
  • Aangepast NTS urgentie van U3 naar U2.
  • Verwijzing naar de SEH
  • Medicatie (2) gekoppeld waarvan 1 verstuurd naar de apotheek.
  • Niet Pluis gevoel.

De kleur van de informatie toont of er actie vereist is en de card evt opengeklapt moet worden:

  • Grijs: geen actie
  • Blauw: actie
  • Oranje: belangrijke signalering

Autorisatiecontact

Een autorisatiecontact (zelfstandig advies) wordt automatisch gekenmerkt als "Klaar voor fiatteren" en met "Afronden" op de autorisatielijst van de arts geplaatst.

Bij contacten waar interventie nodig is (bijv. consult triagist, fysieke triage) en pas dan gereed zijn voor autorisatie, wordt de optie "Klaar voor fiatteren" handmatig geactiveerd.

Bezoekadres

Bij een actie "Consult" of "Visite" kan het bezoekadres worden ingevoerd/bewerkt*:

  • Via Vervolgacties, in de card "Actie toewijzen".

*Het bezoekadres kan ook al op de "Patiëntkaart" worden ingevoerd.

Boeken afspraak 

Bij het boeken van een afspraak wordt de agenda van de werklocatie standaard geopend (locatie 2 in het voorbeeld).

Klik op de locatiebalk (locatie 3 in het voorbeeld) voor inzage en of boeken in de agenda van de andere locatie.

E, ICPC-rubriek

Na het kiezen van de actie worden de E & ICPC rubrieken getoond als dit in het beheer is ingericht.

Invoer in "Evaluatie" doet automatisch een voorstel voor ICPC. De ICPC kan ook gekozen worden door een code of de omschrijving in het ICPC veld te noteren.

O-rubriek

De "O-rubriek" wordt standaard getoond als dit in het beheer is ingericht. Het is nog niet mogelijk om gestructureerd meetwaarden te registreren

Medicatie voorschrijven

Via "Recept voorschrijven" wordt de medicatiekaart getoond en kan een herhaalrecept worden gemaakt.

Een nieuw medicament wordt via de memo-code of productnaam opgezocht en gekoppeld.

Aan de rechterzijde worden contra-indicaties en allergieën direct leesbaar getoond en bij koppelen van het medicament actief op bewaakt.

Het gebruiksvoorschrift (NHG/Medicom), aantal en einddatum worden genoteerd (waar mogelijk automatisch berekend) en de gebruiksvoorschrift-tool als ook het Farmacotherapeutisch Kompas zijn beschikbaar bij hulp.

Met de knoppen rechtsonder wordt het recept gekoppeld en of direct verstuurd naar de apotheek.

De medicatie card toont de zojuist gekoppelde medicatie.

De volledige dossierweergave, tabblad medicatie, toont of de medicatie in het huidig contact is voorgeschreven.

Het is nog niet mogelijk om m.b.v. Prescriptor een recept te maken. Ook worden nog niet de lijst met veelgebruikte medicamenten op jouw post getoond.

HAP-HAP samenwerking

In de verwijzen card kan de samenwerkende collega spoedpost worden gekozen als dit is ingericht in het beheer. De triagist wisselt mee en het contact wordt afgehandeld in het huidig contactscherm van de collega spoedpost. verwijzenhap.png

De triage moet afgerond zijn.

Recente contacten van de collega spoedpost kunnen binnen de HAP-HAP samenwerking worden ingezien. Ook is duidelijk met welke spoedpost recent contact is geweest. 

Uitstellen pluis/niet pluis

De beantwoording van de verplichte Pluis/Niet Pluis vragen kan worden uitgesteld via: "Beoordeling uitstellen" als dit is ingericht in het beheer. Het "Mijn signalen" veld wordt; alleen lezen en de huisarts is verplicht deze vraag, vanaf het Huidig contactscherm, te beantwoorden. 

Bij Parkeren en heropenen van het contact vervalt uitstellen keuze en kan er opnieuw beoordeeld worden.

Tweede Triage

Op het Triagescherm kan een tweede triage worden gestart. Eerdere afgeronde triages zijn altijd inzichtelijk.

Uitstellen Triage

In de Urgentiecard kan het afronden van de triage worden uitgesteld. De optie is beschikbaar zodra de patiënt aan het contact is gekoppeld.

Voorkeursacties

Voorkeursacties staan bovenaan (sterretje) als dit is ingericht in het beheer.

 

Scherm: Afronden

Betaalmethodiek en EHIC

De COV wordt automatisch uitgevoerd op het Afronden blad. Via Betaalmethodiek wijzigen kunnen de gegevens worden bewerkt.

Op de Afronden pagina kan via "Betaalmethodiek wijzigen", de betaalmethodiek worden bewerkt incl. EHIC.

COV onverzekerd

Als er bijzonderheden zijn bij de verzekering van de patiënt dan wordt dit gemeld zodra de patiëntkaart wordt opgeslagen.

Registratie door arts

Als een arts 'meebelt' dan wordt een adviescontact afgerond in de Triageflow, vervolgens door de arts in de werklijst geopend om hier af te sluiten en in het contactarchief te plaatsen.

 

 

Instructiemateriaal:

Releasenotes

Op de supportpagina staan de releasenotes met een gedetailleerde omschrijving van de nieuwe functies.

E-learning Triageflow

Hier registreert de gebruiker zich en krijgt de (gratis) e-learning voucher toegestuurd (afzender: @aegolius-academy.nl). De e-learning bevat een demo en een "Zelf doen" module, inclusief instructie. Deze e-learning richt zich alleen op de Triageflow, kent geen test en is niet geaccrediteerd.

Clickable Triageflow

Hier opent de gebruiker een clickable, zonder verdere instructie, die kan worden doorgeklikt. Gegevens (als personalia) worden voor ingevuld. Memo's / recente contacten kunnen worden ingezien, waarna de signalering wegvalt.

Demo Triageflow

Hier opent de gebruiker een demo waarin de Triageflow, toegelicht wordt.

 

Beheer:

Activeren Triageflow

Dit gebeurt op 3 niveaus

Niveau 1: Instantie beheer (inrichten dat er met de Triageflow kan worden gewerkt)

  • Ga naar Beheer.
  • Kies voor Instantiebeheer.
  • Vink (activeer) "Triagistenflow actief" .

Niveau 2: Rollenbeheer (inrichten dat er met de Triageflow kan worden gewerkt)

  • Ga naar Beheer.
  • Kies voor Rollenbeheer.
  • Vink (activeer) het recht "Triagistenflow" bij de rollen die hiermee gaan werken.

Niveau 3: Medewerkerbeheer (activeren dat de medewerker werkt met de Triageflow)

  • Ga naar Beheer.
  • Kies voor Medewerkerbeheer.
  • Kies de juiste medewerker.
  • Check of medewerker gekoppeld is aan een rol gekoppeld aan het recht "Triagistenflow" (zie level 2).
  • Vink (activeer) "Triagistenflow gebruiken".
  • Nu werkt de medewerker in de (nieuwe) Triageflow.

Als level 1 en 2 zijn ingericht kan de triagist het werken met de Triageflow zelf aan/uit zetten: 

  • Klik de naam rechtsboven in het scherm van Spoed EPD.
  • Kies voor Instellingen.
  • Vink (activeer) "Triagistenflow gebruiken".
  • Nu werkt de medewerker in de (nieuwe) Triageflow.

Activeren Triageflow zonder UIT te kunnen zetten

De Triageflow wordt definitief 'aan' gezet; alle medewerkers werken dan in Triageflow en is er geen keuze meer deze module "uit" te zetten. Neem hiervoor contact op met de servicedesk via een Zendesk ticket.

Activeren autorisatiecontact

Om een autorisatiecontact direct op de autorisatielijst te plaatsen bij afronden:

  1. Ga naar Beheer.
  2. Kies Actie/Statusbeheer.
  3. Kies de actie.
  4. Activeer de optie: "Ter Fiattering aanbieden".

"Klaar voor fiatteren" staat standaard "aan" voor de triagist: aan (schuifje naar rechts)*.

Het kenmerk "Autoriseren" (Instantiebeheer) is overbodig en kan worden verwijderd. Er is ook geen afhankelijkheid meer tussen: Actietype Telefonisch consult en de KPI Fiatteren in het Actie/Statusbeheer.

*Zie ook vraag: Activeren E/ICPC-rubriek.

Activeren E/ICPC-rubriek

Om de E-rubriek/ICPC bij bepaalde acties te tonen zijn twee instellingen nodig*:

  1. Ga naar Beheer.
  2. Kies Instantiebeheer.
  3. Activeer de optie: "Triageflow ICPC vastleggen".
  4. Ga naar Actie/Statusbeheer.
  5. Kies de actie waar de E/ICPC getoond moet worden.
  6. Activeer de optie: "Ter Fiattering aanbieden".
  7. Naast het tonen van de E/ICPC staat in het contact de "Ter fiattering" optie: AAN.

*Zie ook vraag: Activeren autorisatiecontact.

Activeren O-rubriek

Om de O-rubriek te tonen tijdens de triage:

  1. Ga naar Beheer.
  2. Kies Instantiebeheer.
  3. Activeer de optie: "Triageflow O-regel vastleggen".

Registratie-item "Binnenloper"

Spoed EPD herkent of een contact via de Binnenloper knop is gestart. Het is niet meer nodig om (blokkerende) registratie-items aan de actie toe te voegen. Verwijder deze in het actie/statusbeheer en inactiveer in het registratieitembeheer.

Standaard dossier

In het Instantiebeheer wordt bepaald of het dossier standaard gefilterd wordt of volledig wordt getoond:

  • Activeer Dossier filter standaard: "Alle" om het volledige medische dossier te tonen
    • In het contact staat de optie "Toon actueel"; uit (schuifje naar links) en kan handmatig worden aangepast.
  • Als de optie "Dossier filter standaard op 'Alle'" niet actief is dan wordt standaard het gefilterde medische dossier getoond:
    • In het contact staat de optie "Toon actueel"; aan (schuifje naar rechts) en kan handmatig worden aangepast.
    • Let op: in het huidig contactscherm staat de optie op HWG als er een extern dossier is, anders "HAP".

Uitstellen pluis/niet pluis

Om de beantwoording van de pluis/niet pluis uit te kunnen stellen:

  1. Ga naar Beheer.
  2. Kies Instantiebeheer.
  3. Kies Triageflow KMH/HOK beoordeling uitstellen.

Alleen van waarde als deze opties verplicht zijn ingericht in het Instantiebeheer